De 10 gouden regels van het K-zeilen
K-klasse Organisatie
De 10 Gouden Regels van het Wedstrijdzeilen met de K-Klasse
Natuurlijk worden de wedstrijden in de K-Klasse gezeild onder de algemeen geldende Regels van het Wedstrijdzeilen ISAF/KNWV en onze appendix-K, echter wat vaak vergeten wordt is dat dit "nieuwe" reglement ontwikkeld is om aanvaringen te voorkomen!
Vrij van elkaar blijven is in dit spel de belangrijkste voorwaarde voor een mooie wedstrijd. Speel het spel eerlijk, maar geef elkaar ook de ruimte. Een aanvaring voorkomen ook al sta je in je recht levert meestal voordeel op voor beide jachten.
Aan elkaar plakken is zo'n situatie die voor beide veel nadeel oplevert.
1. Bak-stuurboord
Over stuurboord liggend blijf je vrij van iedereen die over bakboord ligt. (en als je toch over stuurboordliggend bij een –drukke- indewindse boei aankomt dan vraag je om grote problemen!)
2. Vrij blijven
2. Als je over stag gaat of gijpt, blijf je vrij van elke andere boot.
Oplossing
Vrij blijven dus..
3. Rechten verkrijgen
Als je een recht verwerft, of van koers verandert, moet je de andere boot de tijd en ruimte bieden om vrij te blijven.
4. Vrij voor liggen
Een van achteren opvarende boot blijft vrij van een voorliggende boot.
Oplossing.
Wacht niet tot het laatste moment anders is er geen oplossing meer mogelijk.
5. Loefwaards- lijwaards
Een bovenwinds liggende boot moet, normaal gesproken, vrij blijven.
Oplossing:
Roep elkaar wel aan als je gaat loeven.
6. Vier scheepslengte
Een boot met "overlap" aan de binnenzijde heeft rechten bij de boeironding vanaf het binnenvaren van de "4 scheepslengten" van een (ruimwindse) boei.
Oplossing.
Afremmen en ruim ronden. En anders voor de boei weg draaien en opnieuw ronden.
7. Indringen
Er bestaat geen recht op ruimte tijdens de start bij het lager inzeilen van de startlijn t.o.v. aandewind zeilende jachten.
Oplossing:
Achterlangs of voortijdig afremmen.
8. Vallen op de startlijn
Een jacht wat zich vallend over de startlijn begeeft moet altijd wijken voor jachten die hoger varen.
Oplossing:
Loeven en afremmen.
9. Straf rondje
Bij een overtreding of (kleine) aanvaring moet je direct een straf rondje maken, ook als een eventuele scheidsrechter niets heeft kunnen zien! Een straf rondje moet uitgevoerd worden zonder dat andere boten daar last van hebben.
10. Help elkaar
Als je – door schuld - schade aanricht bij een tegenstander die de wedstrijd moet verlaten, dan stop je zelf ook om hem/haar te helpen met de reparatie.
Reinier Wissenraet